Geschreven door Dr Leora Fox en Dr Rachel Harding Bewerkt door Dr Leora Fox Vertaald door Gerda De Coster

De tweede dag van de HSG-conferentie was weer een drukke dag met presentaties van huntingtononderzoekers en clinici

De dag begon met een lezing van Vaccinex die ons een overzicht gaf van hun werk, de klinische studie SIGNAL. Helaas had pepinemab, het geneesmiddel dat in deze studie werd getest, geen invloed op de symptomen van de ZvH. Hierdoor behaalde deze studie de belangrijkste klinische doelen niet. De betrokken wetenschappers suggereerden dat pepinemab met verschillende patiëntengroepen of behandelingsregimes misschien nog steeds veelbelovend kan zijn voor de behandeling van de ZvH, maar dat valt nog te bezien. HDBuzz schreef onlangs een gedetailleerd verslag van de resultaten van de SIGNAL-studie.

Het volgende was een teamlezing van Lori Quinn (Columbia University) en Shelley Knewstep-Watkins (University of Virginia) die het gebruik van kine en ergotherapie voor huntingtonpatiënten bespraken. Hoewel velen van ons anekdotisch weten dat lichaamsbeweging en andere vormen van activiteit helpen om ons mentaal en fysiek beter te voelen, is de rol van kine en ergotherapie bij de ZvH pas relatief recent goed bestudeerd. Quinn en Knewstep-Watkins behandelden de bevindingen van een recent en systematisch overzicht die het gebruik van fysiotherapie voor huntingtonpatiënten van in het vroege tot in het late stadium van de ziekte ondersteunen. Ze wijzen ook op PACE-HD, een klinische studie die de lichamelijke activiteit en trainingsresultaten bij de ziekte van Huntington onderzoekt. We hopen hiervan binnenkort gedetailleerde bevindingen te hebben. Technologie helpt ook om de fysieke activiteit van huntingtonpatiënten te volgen met behulp van draagbare apparaten. Men hoopt zodoende lichaamsbeweging en zorg-op-afstand-diensten te bevorderen en patiëntenzorg te kunnen beheren wanneer persoonlijke afspraken niet mogelijk zijn.

Nikolaus McFarland (Universiteit van Florida) hield de volgende lezing over milde cognitieve stoornissen (MCI) en geheugenproblemen bij huntingtonpatiënten met lichamelijke of motorische symptomen. McFarland en zijn team onderzochten patiëntgegevens uit de ENROLL-HD-studie. Ze ontdekten dat MCI en geheugenproblemen tamelijk veel voorkomende symptomen zijn bij patiënten die al motorische problemen beginnen te ervaren. Bovendien zijn de MCI-symptomen meestal erger bij patiënten met langere CAG-herhalingen. Het is nuttig voor clinici om te begrijpen welke symptomen ze kunnen verwachten bij patiënten in alle stadia van de ziekte, zodat zij de best mogelijke zorg kunnen voorschrijven.

In de volgende lezing gaven vier gezondheidswerkers met expertise in de ZvH, een maatschappelijk werker, een psycholoog en twee neurologen, een overzicht van de gedragsveranderingen die veel voorkomen bij de ziekte. Het is belangrijk voor artsen en familieleden om deze zeer vroege veranderingen te begrijpen en te identificeren zodat ze hun patiënt of dierbare effectief kunnen ondersteunen. Dit soort professionele opleiding is vooral belangrijk voor de vele artsen die misschien maar een paar huntingtonpatiënten per jaar zien.

De middag was gewijd aan een ‘overzicht van klinische onderzoeken’, een reeks korte presentaties van farmaceutische bedrijven die al huntingtonmedicijnen testen of van plan zijn dat te doen bij mensen.

  • Michael Hayden (University of British Columbia) sprak over de PROOF-HD-studie die wordt uitgevoerd door een nieuw bedrijf genaamd Prilenia. Deze studie zal het mogelijke gebruik van pridopidine voor de behandeling van huntingtonpatiënten beoordelen. Eerdere proeven met pridopidine bij deze patiënten hadden teleurstellende resultaten. Maar omdat sommige van hen beter in staat waren om op het werk en thuis te functioneren, plant Prilenia PROOF-HD, een grotere proef met pridopidine. Bij deze fase 3 PROOF-HD-studie zullen meer deelnemers (bijna 500) in een vroeger stadium van de ziekte betrokken worden. Zij zullen het medicijn langer dan een jaar gebruiken, in de hoop dat er betere resultaten zullen worden bereikt.

  • Wave Life Sciences heeft PRECISION-HD1 en PRECISION-HD2 uitgevoerd, twee onderzoeken met ASO-geneesmiddelen gericht op het verlagen van schadelijke huntingtine terwijl het gezonde eiwit ongewijzigd blijft. Tot dusver worden de medicijnen goed verdragen. Na het waarnemen van enkele veelbelovende verlagingen van het huntingtinegehalte, voegde Wave een hogere dosisgroep toe aan beide onderzoeken. Ze melden ook dat ze een proef met een derde, vergelijkbaar medicijn plannen. Vanwege de speciale genetische vereisten van deze behandelingen, zouden ze, indien succesvol, kunnen worden gebruikt bij ongeveer 80% van de mensen met de ZvH.

  • uniQure presenteerde een update over de status van HD-GeneTRX-1, hun studie van AMT-130. Dit is een genetische therapie voor de ZvH die éénmalig via een hersenoperatie wordt toegediend en die is ontworpen om het huntingtinegehalte in de hersenen te verlagen Deze studie noopt tot voorzichtigheid want ze wordt voor het eerst toegepast. De eerste twee patiënten ondergingen de procedure in juni 2020 en er werden geen veiligheidsrisico’s vastgesteld. In oktober 2020 werden dan de volgende twee patiënten behandeld. Dit is een zeer kleine studie met naar verwachting ongeveer 26 mensen die in de VS zullen worden gerekruteerd.

  • Annexon Biosciences werkt aan medicijnen om de eiwitten aan te pakken die verbindingen tussen neuronen elimineren. Dit proces, bekend als ‘synaptisch snoeien’, is erg belangrijk tijdens de ontwikkeling van de hersenen. Bij ziekten zoals de ZvH wordt dit proces overactief tijdens de volwassenheid. Hun medicijn ANX005 is ontworpen om het snoeien tijdens ziekte te vertragen zodat meer cellen in het zenuwstelsel behouden blijven. De veiligheid bij mensen is met succes getest bij het Guillain-Barré-syndroom, een andere zenuwziekte. Annexon Biosciences voert momenteel een kleine veiligheidsstudie uit (24 deelnemers) om te testen of ANX005 veilig is voor huntingtonpatiënten in de hoop dat het in de toekomst kan worden gebruikt om hersencellen te beschermen.

  • Neurocrine Biosciences voert de KINECT-HD-studie uit om de effectiviteit van het medicijn valbenazine tegen chorea te testen. Chorea verwijst naar de onwillekeurige bewegingen eigen aan de ZvH. Het medicijn is reeds goedgekeurd voor patiënten met tardieve dyskinesie die, net als huntingtonpatiënten, ongewenste bewegingen van het gezicht en de ledematen ervaren. KINECT-HD is een 14-weken durend onderzoek dat ongeveer 120 patiënten van 18 tot 75 jaar zal rekruteren. Degenen die het onderzoek afmaken, kunnen deelnemen aan KINECT-HD2, een open-label uitbreidingsonderzoek, waarin alle deelnemers het onderzochte geneesmiddel voor een langere periode krijgen.

  • Roche gaf een korte actualisatie van hun lopende fase 3-studie GENERATION-HD1, die het huntingtineverlagend medicijn tominersen test. Het onderzoek heeft alle nodige deelnemers gerekruteerd. Het zijn er bijna 800 in meer dan 100 locaties in 18 landen. Deze grote studie heeft tot doel de veiligheid, de doseringsstrategie en het effect van tominersen, namelijk de progressie van de ZvH te vertragen of te stoppen, te bestuderen. De resultaten worden verwacht in 2022. Roche deelde ook de bevindingen van hun open-label extensiestudie waarin deelnemers tominersen meer dan een jaar gebruikten, elke maand of om de andere maand. Ze ontdekten dat een minder frequente dosering beter werd verdragen en toch significant het huntingtine-eiwit verlaagde.

  • Azevan Pharmaceuticals presenteerde gegevens en toekomstplannen voor hun medicijn SRX246. Ze testen of het kan worden gebruikt om huntingtonpatiënten te behandelen die periodes van extreme prikkelbaarheid en agressie ervaren. Azevan voerde een fase 2-studie (STAIR) uit. Ze stelden vast dat SRX246 veilig was voor huntingtonpatiënten en dat het aantal agressieve uitbarstingen verminderde. Ze plannen nu een grotere fase 3-studie. Dit is het eerste medicijn dat zich specifiek richt op een gedragssymptoom bij patiënten met de ZvH.

  • Novartis deelde gegevens over hun medicijn branaplam en is van plan om het te testen bij huntingtonpatiënten. Branaplam is ontwikkeld voor spinale musculaire atrofie (SMA), een genetische ziekte bij kinderen maar bleek ook het huntingtine-eiwit te verlagen bij deze kinderen. Toen ze dit ontdekten, begon Novartis met het testen van branaplam op huntingtineverlaging bij huntingtonmuizen en op cellen van huntingtonpatiënten. Toen dit succesvol bleek, begonnen ze een kleine veiligheidsstudie bij gezonde volwassenen. Tot dusver is het veilig en wordt het goed verdragen. Novartis is van plan om in 2021 een fase 2b-studie te starten bij huntingtonpatiënten van 25-75 jaar die bewegingssymptomen beginnen te ervaren. Branaplam wordt via de mond gegeven en het potentieel voor een oraal huntingtineverlagend medicijn is een spannend vooruitzicht. HDBuzz besprak Novartis en branaplam in een recent artikel over het bekomen van de status van weesgeneesmiddel.

Vervolgens sprak de in Colorado gevestigde neuroloog Dr. Lauren Seeberger over een onderzoeksinitiatief genaamd HD-NET, een onderzoek uit 2020 van de zorgverlenersgemeenschap in de Verenigde Staten die met huntingtonpatiënten werken. Een team van artsen, onderzoekers en pleitbezorgers van deze patiënten heeft de studie ontworpen om de aanhoudende problemen in de huntingtonzorg en -onderzoek te identificeren. Door middel van telefonische interviews met zowel huntingtonexperts als niet-experts identificeren ze nieuwe manieren om uitdagingen voor de gemeenschap te overwinnen. Het gaat hier o.m. over beperkte financiering, ontoereikende artsenopleiding en gebrek aan oplossingen voor langdurige zorg.

In de laatste presentatie van de dag gaf dr. Ignacio Muñoz-Sanjuan, een neurowetenschapper die bij CHDI Foundation werkt, een ontroerende presentatie over zijn werk als voorzitter van FACTOR-H. Dit is een organisatie die werkt aan de vermindering van armoede en het lijden van gemeenschappen in Zuid-Amerika, waar veel mensen door de ZvH worden getroffen. Hij deelde aangrijpende video’s van gezinnen en individuen in Venezuela en Colombia, en sprak over de sociale implicaties van de ziekte in de context van extreme armoede. Hij benadrukte dat het helpen van huntingtongezinnen veel meer inhoudt dan het ontwikkelen van behandelingen. FACTOR-H werkt samen met lokale gemeenschappen om te voorzien in basisbehoeften en medicijnen. En om de jongere generaties die het risico lopen om de ZvH te krijgen, op te leiden tot mondige en zelfvoorzienende jongeren.

Bedankt voor het volgen van de wetenschappelijke updates dit jaar van HSG 2020: HD in Focus!

Dr. Rachel J. Harding verklaart geen belangenconflict. Dr. Leora Fox werkt voor de Huntington's Disease Society of America. HDSA communiceert met de bedrijven waarvan sprake in dit verslag en heeft geheimhoudingsverklaringen met uniQure en Roche. Voor meer informatie over het beleid rondom mogelijke belangenconflicten, zie FAQ…